Gendergelijkheid centraal tijdens Townhall-sessie met WOMEN Inc.

Op donderdag 14 april organiseerde WOMEN Inc. met medewerking van Bureau NCDR een Townhall-sessie over genderongelijkheid. Zo'n twintig experts bespraken met de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR) wat er moet gebeuren om de positie van vrouwen te verbeteren.

THS Gender foto 3
Beeld: ©niet toegestaan

In Pakhuis de Zwijger bracht Jannet Vaessen, oprichter van WOMEN Inc. drie punten naar voren: 

  • Er is sprake van onbewust normdenken, waardoor mensen die van deze norm afwijken eerder, vaker en sterker dan andere mensen te maken krijgen met (onbewuste) discriminatie en uitsluiting. Zo wordt er bij gender bijvoorbeeld vaak onbewust mannen aan werkrollen gekoppeld en vrouwen aan zorgrollen.
  • Je moet juist éérst in hokjes denken om scherp te krijgen in welke mechanismen en thema’s per diversiteitsaspect (intersectie) spelen, om later de hokjes los te laten.
  • We moeten ons ervan bewust zijn dat er naast de bekende ‘vrouwenthema’s’ ook nog veel onderbelichte onderwerpen zijn waar vrouwen tegenaan lopen. Deze zomer publiceert het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) bijvoorbeeld de emancipatienota. Ongetwijfeld blijkt dan dat er zaken zijn die nauwelijks aandacht krijgen, bijvoorbeeld omdat ministeries het onderling niet eens zijn over wie wat moet oppakken. 
THS Gender 14-4-22 foto 1
Beeld: ©niet toegestaan

Diverser personeelsbestand
Joni Hendriks (Rutgers) sprak over het belang van meer onderzoek naar genderverschillen in de zorg en onderwijs dat vrij is van genderstereotypen. Ook Suzan Steeman (WOMEN Inc.) benadrukte het belang hiervan, en voegde daar aan toe dat er meer aandacht moet komen voor vrouwspecifieke aandoeningen. Wat er scheef zit illustreert ze met het feit dat er op dit moment er vijf keer zoveel onderzoek gedaan wordt naar erectiestoornissen als naar hormoongerelateerde aandoeningen. Roshnie Kolste (Pharos) sprak over ervaringen in de zorg van mensen met meerdere gemarginaliseerde identiteiten. Ze hoopt dat er meer kwan     titatieve onderzoeken komen naar discriminatie op alle vlakken in de zorg. Ze pleit voor een diverser personeelsbestand in de zorg, waarin zorgverleners ook leren over bejegening van patiënten met verschillende culturen en empathisch gedrag. "Een diverser personeelsbestand zorgt er bovendien voor dat een patiënt zich kan herkennen in de dokter; hierdoor voelt een patiënt zich dus prettiger. Ook moet er in medische opleidingen meer aandacht komen voor discriminatie en racisme in de zorg."
 

THS Gender foto 2
Beeld: ©niet toegestaan

Voorbeeldfunctie van de overheid
Naast het thema gezondheid was er aandacht voor het gebrek aan gelijke kansen op het thema geld en werk.  Alle sprekers benadrukten het belang van de kinderopvanghervorming voor gendergelijkheid. Een aandachtspunt hierbij is de uitwerking van de hervorming: wordt de kinderopvang in het nieuwe stelsel wel echt inclusief en toegankelijk? Daarnaast is het nodig om ook te kijken naar werken in de kinderopvang: dit moet aantrekkelijk genoeg zijn. Femke Zeven (Bureau Clara Wichmann) pleitte ervoor om beleid dat met name vrouwen raakt die werkzaam zijn in cruciale sectoren (zorg, schoonmaak) in lijn te brengen met het Europees en internationaal recht. Dat is nu nog niet het geval. Nienke Hagenbeek (Stichting Het Potentieel Pakken) brak een lans voor het financieel aantrekkelijk maken van werk voor praktisch opgeleide vrouwen. Onder andere door bestaande toeslagen loont meer werken voor hen nu onvoldoende waardoor zij vaak financieel afhankelijk zijn van de overheid of een partner. Joyce van der Wegen (Nationale Vrouwenraad) pleitte voor beleid om tot een betere werk-zorgverdeling tussen vrouwen en mannen te komen, zoals het aanvullen van de vergoeding voor partnerverlof tot 100%. Ook sprak zei net als Suzan Steeman (WOMEN Inc.) over de rolmodellen-functie die de rijksoverheid op zich kan nemen als beleidsmaker, werkgever en opdrachtgever.